Betalingstermijnen in B2B-context

  • Doel

De Belgische wetgever wil het betalingsverkeer tussen ondernemingen zo vlot mogelijk doen verlopen. Ondernemingen die moeten wachten op betaling van hun facturen stellen immers mogelijks zelf betalingen uit, stellen investeringen uit, werven minder personeel aan etc. wat allemaal nadelig kan zijn voor het concurrentievermogen en de winstgevendheid van de Belgische ondernemingen.

De wet van 2 augustus 2002 die de betalingstermijnen in handelstransacties regelt, werd een aantal keer gewijzigd om het betalingsverkeer tussen ondernemingen te optimaliseren.

  • Voor 2020

De wet bepaalde het volgende:

  • voorzien partijen geen betalingstermijn: dan moet de schuld binnen de 30 dagen worden betaald
  • voorzien partijen wel een betalingstermijn: dan mag deze niet langer zijn dan 60 dagen

In de praktijk bleek dat kleinere ondernemingen vaak onder druk werden gezet door multinationals om langere betalingstermijnen te aanvaarden.

Aangezien de wet geen sanctie voorzag op het overeenkomen van een langere betalingstermijn dan 60 dagen en men geen grote klanten wil verliezen, wachtten de kleinere ondernemingen maar wat langer op betaling met alle negatieve gevolgen van dien.

  • Wetswijziging 2020

Om paal en perk te stellen aan de druk die multinationals konden uitoefenen, kwam de wetgever in 2020 tussen.

Het systeem van de betalingstermijnen werd grotendeels behouden: partijen zijn vrij om een betalingstermijn af te spreken. Voorzien ze geen termijn, dan moet er betaald worden binnen de 30 dagen. Voorzien partijen wel een termijn, dan mag deze niet langer zijn dan 60 dagen.

Er werd echter een onderscheid tussen KMO’s[1] en grote ondernemingen geïntroduceerd. De wetswijziging zat er in dat er een zeer duidelijke sanctie werd voorzien voor bepalingen in overeenkomsten met een KMO als schuldeiser die een langere betalingstermijn dan 60 dagen voorzien. Dergelijke clausules waren vanaf 29 april 2020 nietig. Dit wil zeggen dat ze juridisch gezien niet bestaan en men als het ware terugvalt op een overeenkomst zonder betalingstermijn (waardoor de wettelijke betalingstermijn van 30 dagen geldt).

Daarnaast bepaalde de wet dat de betalingstermijn ingaat vanaf de dag volgend op:

  • de ontvangst van de factuur door de schuldenaar
  • de ontvangst van de goederen of diensten door de schuldenaar
  • de aanvaarding of controle ter verificatie van de conformiteit van de goederen of diensten

Het systeem bleek nog niet helemaal waterdicht. Door een aantal achterpoortjes kon men de betalingstermijn kunstmatig verlengen. Dit door bijvoorbeeld een verificatietermijn (wettelijk 30 dagen) te voorzien voor aanvaarding en controle van de geleverde goederen of diensten, waardoor men tot een betalingstermijn van 90 dagen kon komen of door de datum van ontvangst van de factuur contractueel op een later tijdstip vast te leggen.

  • Wetswijziging 2022: huidige situatie

De wetgever kwam opnieuw tussen om deze achterpoortjes te sluiten.

  • Met ingang van 01.02.2022 werd de beperking op de betalingstermijn tot 60 dagen doorgetrokken naar alle ondernemingen. De beperking geldt dus niet langer enkel in overeenkomsten met een KMO als schuldeiser.
  • Een contractuele bepaling die alsnog een langere betalingstermijn zou voorzien, blijft nietig en dus onbestaande. In dat geval valt men terug op de wettelijke betalingstermijn van 30 dagen.
  • De wet bepaalt dat de betalingstermijn ingaat op de dag volgend op die van:
    • de ontvangst van de factuur door de schuldenaar
    • de ontvangst van de goederen of diensten, indien de datum van ontvangst van de factuur niet vaststaat of indien de schuldenaar de factuur eerder ontvangt dan de goederen of diensten

Tegelijkertijd wordt wettelijk vastgelegd dat de ontvangstdatum van een factuur niet langer contractueel kan worden bepaald. Enkel de feitelijke datum van ontvangst telt.

Daarnaast bepaalt de wet dat wanneer een verificatietermijn wordt bedongen, deze integraal deel uitmaakt van de betalingstermijn en er niet nog eens bovenop komt om zo tot een langere termijn dan 60 dagen te komen.

De startdatum van de betalingstermijn kan dus niet meer worden gemanipuleerd.

  • Daarnaast moet de schuldenaar tijdig – uiterlijk op het moment van ontvangst van de goederen of diensten – alle nodige informatie verschaffen aan de schuldeiser opdat deze een factuur kan opmaken.
  • Ten slotte wordt het naleven van de betalingstermijn meer afdwingbaar gemaakt. Betaalt de schuldenaar niet tijdig, dan zijn er vanaf heden automatisch verwijlintresten en een schadebeding (van 40,00 Euro) verschuldigd. Een ingebrekestelling vanwege de schuldeiser is hiervoor niet langer nodig.

De wetswijziging voorziet de mogelijkheid om bij Koninklijk Besluit een langere betalingstermijn toe te staan in bepaalde sectoren, maar het is nog niet geweten of hier gebruik van zal worden gemaakt.

Of de wetgever het speelveld voor grote en kleinere ondernemingen met deze ingrepen effectief (meer) gelijk zal krijgen, zal uit de praktijk moeten blijken.

Wij volgen het alleszins voor u op!

[1] Om een KMO te zijn, mocht men niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden:

  • een jaargemiddelde van 50 werknemers
  • een jaaromzet van 9.000.000,00 Euro (exclusief BTW)
  • een balanstotaal van 4.500.000,00 Euro